Melk
Melk is een bron van eiwit, vitamine B2 en B12 en de mineralen calcium, fosfor en kalium. Melkeiwit bestaat voor 80% uit caseïne-eiwit en 20% uit wei-eiwit. Lees deze artikelen over melk.
Melk is een bron van eiwit, vitamine B2 en B12 en de mineralen calcium, fosfor en kalium. Melkeiwit bestaat voor 80% uit caseïne-eiwit en 20% uit wei-eiwit. Lees deze artikelen over melk.
Voor veel mensen is zuivel een belangrijk onderdeel van hun voeding. Het drinken van melk levert een bijdrage aan de inname van eiwit, vitamine B2 en B12 en de mineralen calcium, fosfor en kalium.
Melk bestaat voor ongeveer 3,5% uit eiwit. Het melkeiwit bestaat voor 80% uit caseïne-eiwit en 20% uit wei-eiwit. De hoeveelheid eiwit verschilt tussen melk, yoghurt, karnemelk, kwark en kaas.
De kwaliteit van eiwitbronnen kan bepaald worden aan de hand van drie kenmerken. De hoeveelheid essentiële aminozuren in het eiwit spelen hierbij een rol.
Bij nutriëntendichtheid beoordeelt men voedingsmiddelen op de hoeveelheid nutriënten per 100 gram, 100 kilocalorieën of per portie. Basisvoedingsmiddelen bevatten relatief veel nutriënten en weinig energie. Basisvoedingsmiddelen worden daarom ook wel gezien als ‘nutriëntdicht’.
Over de gehele wereld zijn melk - en producten gemaakt van melk - opgenomen in de aanbevelingen voor gezonde voeding. Melk wordt wereldwijd beschouwd als een belangrijk voedingsmiddel voor mensen in alle stadia van het leven, van jong tot oud.
Melk en producten gemaakt van melk zijn opgenomen in de Schijf van Vijf van het Voedingscentrum. De aanbevelingen verschillen per geslacht en leeftijdscategorie.
Het belangrijkste verschil tussen volle en magere zuivel is het vetgehalte en daarmee het aantal calorieën. Het gehalte aan voedingsstoffen in melk staat los van het vetgehalte en is bij volle en magere melk gelijk.
Melk bevat lactose. De hoeveelheid lactose verschilt per zuivelproduct. Yoghurt en karnemelk bevatten bijvoorbeeld minder lactose dan melk. (Half)harde kazen bevatten vrijwel geen lactose.